Partnerschap om doelstellingen te bereiken
Wat betekent dit voor Blueports?
Een Blueport is een verbinding van water en land. En beide worden nauwgezet op elkaar afgestemd en in balans Blueports leveren een actieve bijdrage om angst voor anders zijn van mensen onderling en mens en natuur weg te nemen. Om op deze manier menselijke tolerantielevels te verhogen. Blueports nemen hun verantwoordelijkheid. Wij zijAlleen samen kunnen we de grote veranderingen doorvoeren die van ons worden gevraagd in deze tijden van transitie. Daarom staan Blueports open voor samenwerking op vele terreinen. Daarnaast zullen wij actief samenwerkingen initiëren op ons eigen terrein van waterinfrastructuur en distributie.
17 doelen voor 2030
De SDG’s zijn 17 doelen om van de wereld een betere plek te maken in 2030. Ze zijn een mondiaal kompas voor uitdagingen als armoede, onderwijs en de klimaatcrisis. SDG Nederland is het netwerk van iedereen die in ons land aan de doelen wil bijdragen.
Versterk de implementatiemiddelen en revitaliseer het wereldwijd partnerschap voor duurzame ontwikkeling
“De duurzame ontwikkelingsdoelen zijn een to-do lijst voor mensen en de planeet, en een blauwdruk voor succes”, zei VN-Secretaris-Generaal Ban ki-Moon bij de lancering van de SDGs. “We zullen ook een nieuw mondiaal partnerschap nodig hebben”, aldus Ban ki-Moon. “We hebben actie nodig van iedereen, overal. Zeventien Duurzame Ontwikkelingsdoelen zijn onze gids.”
Samenwerken
Om alle doelen te behalen in 2030 moeten regeringen, bedrijven, burgers en organisaties samenwerken. Het gaat daarbij vooral om technologie, kennisoverdracht, handel, data, beleidscoherentie en financiële stromen. De officiële ontwikkelingshulp (ODA) bedroeg 135,2 miljard dollar in 2014, het hoogste niveau ooit. De schuldenlast van de ontwikkelingslanden blijft stabiel op ongeveer 3 procent van de exportinkomsten. Het aantal internetgebruikers in Afrika bijna verdubbeld in de afgelopen vier jaar, maar meer dan 4 miljard mensen maken geen gebruik va het internet en 90 procent va hen woont in ontwikkelingslanden.
Een succesvolle agenda voor duurzame ontwikkeling vereist partnerschappen tussen regeringen, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld. Gezamenlijke principes en waarden, een gedeelde visie en gedeelde doelen zijn nodig op mondiaal, regionaal, nationaal en lokaal niveau.
Investeringen
Investeringen op lange termijn, met inbegrip van directe buitenlandse investeringen, zijn nodig, met name in ontwikkelingslanden, in duurzame energie, infrastructuur en vervoer, alsook informatie- en communicatietechnologie. Regelgeving moet worden aangepast om investeringen aan te trekken en duurzame ontwikkeling te bevorderen. Nationale toezichtmechanismen zoals rekenkamers en wetgeving moeten worden versterkt.
Officiële omschrijving van het Duurzame Ontwikkelingsdoel en targets
Doel 17: Versterk de implementatiemiddelen en revitaliseer het wereldwijd partnerschap voor duurzame ontwikkeling
17.1 Versterken van de binnenlandse middelenmobilisatie (DRM), ook via internationale steun aan ontwikkelingslanden, om de binnenlandse capaciteit te verbeteren voor het innen van belastingen en andere inkomsten.
17.2 Ontwikkelde landen dienen ten volle hun verbintenissen aangaande officiële ontwikkelingshulp te implementeren, waaronder ook de verbintenis van vele ontwikkelde landen om 0,7% va het bruto nationaal inkomen te besteden aan officiële ontwikkelingshulp voor ontwikkelingslanden (ODA/GNI) en 0,15% tot 0,20% ontwikkelingshulp aan de minst ontwikkelde landen; ODA-donoren worden aangemoedigd om voor zichzelf een doelstelling te bepalen om minstens 0,2% van de ODA te besteden aan de minst ontwikkelde landen.
17.3 Bijkomende financiële middelen voor ontwikkelingslanden mobiliseren vanuit verschillende bronnen.
17.4 Ontwikkelingslanden bijstaan in hun streven naar schuldhoudbaarheid op lange termijn via gecoördineerde beleidslijnen waarbij aandacht wordt besteed aa het aanmoedigen van de schuldfinanciering, de schuldverlichting en de schuldherstructurering, indien van toepassing, en de externe schuld aanpakken van arme landen met een grote schuldenlast om hun schuldencrisis in te perken.
17.5 Regelingen goedkeuren en uitvoeren die investeringen in de minst ontwikkelde landen moeten bevorderen.
17.6 Versterken van de Noord-Zuid-, de Zuid-Zuid- en de regionale en internationale trilaterale samenwerking inzake wetenschap, technologie en innovatie en vergemakkelijken van de toegang daartoe; en het delen van kennis uitbreiden volgens voorwaarden die wederzijds worden bepaald, ook via de verbeterde coördinatie tussen bestaande mechanismen, in het bijzonder op het niveau van de Verenigde Naties, en via een mondiaal mechanisme voor de facilitering van technologie.
17.7 De ontwikkeling, overdracht, verspreiding en verdeling van ecologische technologieën aan ontwikkelingslanden volgens gunstige voorwaarden, ook inzake gunstige en preferentiële bepalingen, zoals wederzijds overeengekomen.
17.8 De technologiebank en het mechanisme voor het opbouwen van wetenschappelijke, technologische en innoverende capaciteit voor de minst ontwikkelde landen volledig operationeel maken tegen 2017 en het gebruik opdrijven van de technologie die dit mogelijk moet maken, in het bijzonder de informatie- en communicatietechnologie.
17.9 De internationale steun verhogen voor het implementeren van doeltreffende en doelgerichte capaciteitsopbouw in ontwikkelingslanden ter ondersteuning van nationale plannen die erop gericht zijn om alle Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen te implementeren, ook via de Noord-Zuid-, Zuid-Zuid- en trilaterale samenwerking.
17.10 Een universeel, op regels gebaseerd, open, niet-discriminerend en billijk multilateraal handelssysteem bevorderen onder de Wereldhandelsorganisatie ook via het volbrengen van de onderhandelingen onder de Ontwikkelingsagenda van Doha van deze organisatie.
17.11 De export van ontwikkelingslanden aanzienlijk doen toenemen, in het bijzonder met de bedoeling om het aandeel van de minst ontwikkelde landen in de mondiale export tegen 2020 te verdubbelen.
17.12 Tijdig de implementatie realiseren van belasting- en quotavrije markttoegang op blijvende wijze voor alle minst ontwikkelde landen, in overeenstemming met de beslissingen van de Wereldhandelsorganisatie ook door ervoor te zorgen dat de voorkeursregels die van oorsprong van toepassing zijn op import van de minst ontwikkelde landen, transparant en eenvoudig zijn en bijdragen tot het vergemakkelijken van markttoegang.
17.13 De globale macro-economische stabiliteit versterken, ook via beleidscoördinatie en beleidscoherentie.
17.14 Beleidscoherentie voor duurzame ontwikkeling versterken.
17.15 De beleidsruimte en het leiderschap van elke land respecteren om beleidslijnen uit te werken en om duurzame ontwikkeling te implementeren om een einde te maken aan armoede.
17.16 Het Globaal Partnerschap voor duurzame ontwikkeling versterken, aangevuld door partnerschappen met meerdere belanghebbenden (multi-stakeholderpartnerschappen) en kennis, expertise, technologie en financiële hulpmiddelen mobiliseren en delen met het oog op het bereiken van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen in alle landen, in het bijzonder in de ontwikkelingslanden.
17.17 Doeltreffende openbare, publiek-private en maatschappelijke partnerschappen aanmoedigen en bevorderen, voortbouwend op de ervaring en het netwerk van partnerschappen.
17.18 Tegen 2020 de steun voor capaciteitsopbouw verhogen aan ontwikkelingslanden, inclusief de minst ontwikkelde landen en de kleine eilandstaten, om de beschikbaarheid van hoogwaardige, actuele en betrouwbare gegevens opgedeeld naar inkomen, gender, leeftijd, ras, etnische afkomst, migratiestatus, handicap, geografische locatie en andere kenmerken relevant in een nationale context, aanzienlijk op te drijven.17.19 Tegen 2030 voortbouwen op bestaande initiatieven om metingen te ontwikkelen met betrekking tot de vooruitgang van duurzame ontwikkeling die kunnen dienen als aanvulling op het bruto binnenlands product, en de statistische capaciteitsopbouw ondersteunen in ontwikkelingslanden.